Topman Allard Castelein van Port of Rotterdam aan boord van de Rotterdamse watertaxi
Het is dit jaar precies anderhalve eeuw geleden dat de Nieuwe Waterweg werd opengesteld. Op 9 maart 1872 maakte het Engelse stoomschip Richard Young als eerste gebruik van de rechtstreekse verbinding tussen Rotterdam en de Noordzee. Ingenieur Pieter Caland, toen nog een jonge dertiger, was de bedenker en uitvoerder van het plan. Het graven van de verkeersader nam in totaal acht jaar in beslag, de besluitvorming die eraan voorafging liefst veertig jaar.
Topprestatie
Met de doorvaartroute naar Hoek van Holland versterkte de stad haar positie als wereldhaven. Voortaan konden ook de grootste zeeschepen op Rotterdam blijven varen. In de decennia daarvoor was dat, door de vele smalle, te ondiepe riviervertakkingen en het dichtslibben van de Rijndelta, steeds lastiger geworden. Tot op de dag van vandaag is ook de Nieuwe Waterweg zelf nog ettelijke keren uitgebaggerd, waardoor ook cruiseschepen en mammoettankers in Rotterdam kunnen blijven aanleggen.
De Nieuwe Waterweg
Met de Zeeuwse Deltawerken is de Nieuwe Waterweg een van de meest bewonderde prestaties die op waterbouwkundig gebied in Nederland zijn verricht. Het is dan ook niet voor niks dat het 150-jarige bestaan ervan in Rotterdam met diverse evenementen luister wordt bijgezet. Zo pakt het Maritiem Museum de komende maanden uit met een tentoonstelling en lezingencyclus over de betekenis van Calands werk, een programma dat van 27 augustus tot en met 4 september wordt afgesloten met het Maritiem Festival op en rond de Leuvehaven.
De Waalhaven
De talkshow ‘Op zoek naar visionairs: de nieuwe Caland’, ook in het Maritiem Museum, vormde deze week de opmaat van alle herdenkingen. Op die bijeenkomst handelde het over de vraag voor welke grote uitdagingen de Rotterdamse haven nu en in de nabije toekomst staat. De ambities van Havenbedrijf Rotterdam en het Rotterdamse gemeentebestuur liegen er alvast niet om: het energieverbruik en de CO2-uitstoot in het economische hart van Nederland moeten drastisch omlaag. Met 13,7 miljoen ton stoot de Rotterdamse haven jaarlijks vier keer meer fossiele brandstoffen uit dan de gemiddelde kolencentrale.
Rotterdam koploper
President-directeur Allard Castelein van Port of Rotterdam is desondanks ‘heel positief’ dat het Rotterdamse havencomplex dat cijfer al in 2030 met 55 procent kan hebben teruggebracht, om in het jaar 2050 helemaal klimaatneutraal te kunnen functioneren. De eerste fabriek voor schone waterstof in de Rotterdamse haven, belooft hij, is in 2024 al operationeel en zal dan met een capaciteit van 200 megawatt het tienvoudige produceren van de grootste waterstoffabriek op aarde die op dit moment in bedrijf is. In 2030 verwacht Castelein op dit front ‘koploper in heel de wereld’ te zijn.
Tegelijkertijd wil het Havenbedrijf ook tot de grootste importhub van waterstof uitgroeien, met een volume van 20 miljoen megawatt per jaar. Het past in Casteleins strategie om Rotterdam met digitalisering en schone energiebronnen aan als beste ‘slimme’ en duurzame haven aan de mondiale top te houden. ‘Er is hier zo veel kennis en durf samengebundeld: als wij het niet kunnen, wie dan wel?’
Watertaxi op waterstof
De primeur van een door waterstof voortgestuwd schip in Rotterdam laat niet lang meer op zich wachten. Samen met haar partners in het SWIM-consortium heeft Watertaxi Rotterdam als eerste in Europa een waterstof-watertaxi ontwikkeld. Op dit moment wordt door ingenieurs uit Delft de laatste hand gelegd aan het aandrijfsysteem, begin 2023 komt deze schone watertaxi ook daadwerkelijk in de vaart.